Invoering Omgevingswet
Op 1 januari 2024 treedt de Omgevingswet in werking. De bedoeling van de nieuwe wet is om de diverse regelgeving voor ruimtelijke plannen in één wet te integreren. Sneller, eenvoudiger en meer ruimte voor initiatief zijn de kernwaarden van de nieuwe Omgevingswet. De impact van deze wet op de gemeentelijke organisatie, de werkprocessen en de begroting is groot, maar is nog niet goed te kwantificeren en afhankelijk van de daadwerkelijke aanvragen.
Het is daarom van belang om de financiële consequenties van deze wetswijzigingen te monitoren. Rekening houdend met het onderzoek Nulmeting Omgevingswet, kennis van betrokken financiële experts en reeds ontwikkelde VNG producten (onder andere Werkwijze Structurele Effecten en werkplaats Omgevingswet & Begroting) zijn de voorziene financiële consequenties geïnventariseerd en gecategoriseerd.
Vanuit de Rijksoverheid (bron: https://open.overheid.nl/documenten/ronl-162409da-fb07-43b6-af43-2744d6bd4b27/pdf) is onderzoek gedaan naar de lasten en baten van gemeenten, provincies en waterschappen, van taken die straks onder de Omgevingswet en daarmee samenhangende wet- en regelgeving gaan vallen. Dit zijn echter inschattingen, die onder meer afhankelijk zijn van het ambitieniveau van de gemeente, lopende verander trajecten, waarop aangehaakt kan worden en gemeentelijke samenwerkingsverbanden.
We streven in het invoeringstraject Omgevingswet om hier zo pragmatisch mogelijk mee om te gaan en de kosten hiervan, in de lijn van de geraamde budgetten te leiden. Of dat mogelijk is wordt komend jaren meer duidelijk.
Het risicobedrag is pm.